Het Cup-a-Soup-moment, de after-lunch-dip of ook wel gewoon de middagdip. Wie kent ‘m niet? Helaas. Je hebt er net een paar productieve uren op zitten en dan opeens ben je niet meer vooruit te branden. Of het nu is omdat je darmen de broodjes van de lunch nog moeten verteren of omdat je gewoonweg moe bent van alle vervelende tussendoordingen op het werk, de middagdip is serieus rot. Ik had er jarenlang veel last van, maar de laatste tijd komt de middagdip bij mij nauwelijks nog voor mij. Dit zijn 15 tips die voor mij succesvol werken tegen de middag-inkakker. 

Wat kun je doen tegen een middagdip? 

Je lichaam geeft aan dat je moet rusten, terwijl je to-do-list waarschijnlijk een compleet andere boodschap vertelt. Werken moet je. En niet te traag ook. Er is nog genoeg te doen. Of er staat zelfs een meeting gepland, waarin je uiteraard liever niet ter plekke in slaap kukelt tegenover je gesprekspartner. Daarom moet je op een of andere manier je natuurlijke middagdip aan de kant zien te schuiven. Maar hoe? 

15 tips tegen een middagdip

In mijn studententijd was mijn middagdip elke dag aanwezig. Ik had de hele ochtend fanatiek gestudeerd of gewerkt aan papers, maar rond een uur of twee kreeg ik even niets meer gedaan. Het duurde vaak een uurtje, waarin ik soms zelfs aan het knikkebollen was boven mijn papers in de studiezaal. Daarna kon ik weer vrolijk door. Maar toch, zonde van dat uurtje. En vooral zonde dat je je zo lamlendig moet voelen, want er zijn wel wat dingen te doen aan een middagdip. Deze 15 tips helpen je misschien. Ik pas ze zelf regelmatig toe en kan inmiddels zeggen dat een middagdip mij nog maar zelden overkomt.

1. Vind je eigen ritme

Je kunt wel fanatiek met de miracle morning-hype meedoen, maar als niet-ochtendmens is dat misschien gewoon niet jouw ding. Ook prima. Volgens mij gaat het er vooral om je eigen werkritme te vinden. En dan bedoel ik niet alleen de tijden waarop je werkt, maar ook wat je op elk tijdstip doet. Dat laatste eigenlijk vooral. 

Als jij weet dat je rond twee uur compleet indut, probeer daar dan op in te spelen door iets te doen wat je energie gééft. Voor mij werkt het fantastisch om afwisseling te hebben tussen zelf werken aan taken, e-mails beantwoorden, inspiratie opdoen, research doen voor teksten en mensen telefonisch spreken. Telefoongesprekken plan ik bijvoorbeeld het liefst ‘s middags, omdat ik ‘s ochtends op mijn productiefst ben met teksten tikken. ‘s Middags vind ik het juist fijn als telefoongesprekken de dag breken. 

Zo kun je voor jezelf bewuster dingen inplannen. Plan de dingen waar je je hoofd het hardst bij nodig hebt op jouw productiefste momenten. Gebruik de middagdiptijdstippen voor taken die minder denkvermogen kosten.

2. Kom van je stoel af a.k.a. beweeg

Ik herinner me nog goed dat je aan mij als student weinig had rond 14.00 uur. Dan kwam de moeheid om de hoek kijken en deed ik vooral heel hard mijn best om daar niet aan toe te geven. Soms had ik een hele pagina van een niet bijster interessant wetenschappelijk artikel gelezen en vroeg ik me aan het eind van de pagina af waar het nou eigenlijk over ging. Dat lag volledig aan mijn brein, dat om dit tijdstip meer weg had van een vergiet dan van een opslagplek voor nieuwe informatie. 

Anyway, voor mij werkt het perfect om te bewegen in plaats van stug naar het papier of naar je scherm te staren in de hoop dat de vergietgaatjes vanzelf dichtgaan. Als ik merk dat mijn ogen openhouden een uitdaging wordt, dan kom ik uit mijn stoel. Ik maak een wandeling, loop desnoods alleen even door het huis heen, spring op en neer voor een paar jumping jacks of ga een minuut planken. Daarna voel ik me vaak alweer energieker.

3. Zoek de buitenlucht op

Nog beter dan die paar jumping jacks in huis werkt het voor mij om naar buiten te gaan. Is op zich ook iets praktischer als je op kantoor werkt. Wat hippe marketingbureaus daargelaten, denk ik dat je collega’s het je in de gemiddelde kantoortuin niet in dank afnemen als je op en neer springend op de werkvloer staat. Een wandeling is praktischer en werkt door de buitenlucht vaak ook nog eens beter. Een fris briesje helpt mij om met meer energie aan het werk te kunnen. Vijf minuten wandelen is soms al genoeg voor een oppepper.

4. Vergeet je glas water niet

Ik beken: dit is bij mij meestal de grote boosdoener van mijn middagdip. Ik wil mijn vochthuishouding nog weleens vergeten als ik lekker in een tekst zit. Niet handig! Zonder vocht voel je je hartstikke futloos. Daarom: zet een Dopper op je bureau of vul een glas met water en verplicht jezelf om dat voor tijdstip X leeg te hebben. Dat motiveert om met voldoende vocht de werkdag door te komen. En komt de middagdip om de hoek kijken? Schenk dan nog wat water bij.

5. Doe even iets anders tussendoor

Zoals ik in een eerder voorbeeld beschreef: doelloos naar je scherm blijven staren heeft geen zin. De inspiratie voor een nieuwsbrief of die ene goede ingeving voor je projectplan komt niet vanzelf aanvliegen als jij met je lege energietank naar een knipperende cursor blijft kijken. Stop als dat zo is met ploeteren om die ene taak gedaan te krijgen, en kijk of je iets anders kunt doen. Kun je misschien eerst wat e-mails beantwoorden? Een klant bellen die je nog moet spreken? Je agenda op orde maken? Kijk of je iets kleins kunt doen wat je na weinig moeite het gevoel geeft dat je lekker bezig bent. Dan komt daarna de inspiratie misschien vanzelf.

6. Las een notitieboekmoment in

Als je door een giga-energiedip weinig puf hebt om te werken, kun je maar beter van de gelegenheid gebruikmaken. Soms gebruik ik zo’n moment om kort iets voor mezelf te doen. Zo kreeg ik van Lianne voor mijn verjaardag het 6-minuten-dagboek. Daarvoor neem je aan de hand van een paar vragen 6 minuten de tijd om stil te staan bij waar je dankbaar voor bent. Een perfecte bezigheid om tussen de bedrijven door te doen als ik mijn focus even kwijt ben. Ik krijg er meteen positieve energie van om de draad qua werk weer op te pakken.

Overigens is dit dankbaarheidsboek natuurlijk maar een voorbeeld. Je kunt die zes of tien minuten ook prima gebruiken om andere dingen voor jezelf te doen. Schrijf bijvoorbeeld iets op waar je op dit moment trots op bent, noteer een grappige anekdote die je hebt beleefd, of doe iets anders positiefs.

Je kunt het 6 minuten dagboek aan jezelf cadeau doen via bol.com. De link hieronder is een affiliate link. 

7. Let op je nachtrust

Als je er een gebroken nacht met maar vijf uur slaap op hebt zitten, is het niet vreemd als je je om 14.00 uur heel brak voelt. In mijn studententijd was mijn slaapritme om te huilen. Kwam niet eens door feestjes, wel doordat ik als overfanatieke student tot in de late uurtjes bezig was en dat probeerde te combineren met iets te veel baantjes en hobby’s. Sinds ik beter oplet dat ik voldoende slaap krijg én mezelf op oordopjes voor het slapen heb getrakteerd, heb ik veel minder vaak last van een middagdip. Je slaapritme kan dus ook iets zijn om naar te kijken.

Lees mijn 15 tips om je nachtrust te verbeteren. 

8. Skip je pauzes niet

Het lijkt misschien efficiënt om nog even door te werken als je een hele waslijst aan taken hebt liggen. Maar uiteindelijk merk je het wel als je je pauzes hebt overgeslagen. Pauzes skippen betekent vaak dat je later alsnog een ernstige behoefte aan pauze krijgt. Dat is tenminste mijn ervaring. Daarom volg ik nu maar braaf het neem-een-lunchpauze-advies op en werk ik mijn boterhammen niet meer snel, snel achter mijn computer weg. De tijd nemen voor het eten helpt. 

9. Denk aan je rammelende maag

Misschien komt de middagdip niet uit de lucht vallen en ben je gewoon hangry. Het overkomt mij ook weleens dat ik me afvraag waarom ik zo loom ben, en dat ik eigenlijk gewoon mijn knorrende maag ben vergeten. Eet in zo’n geval iets kleins om je accu weer een shot energie te geven. Ik ga graag voor iets fruitachtigs, maar kijk vooral waar jouw lichaam naar snakt.

10. Zet de ramen open of de diffuser aan

Dit is op zich een echte inkopper. Toch vergeet ik deze simpele truc weleens. De laatste tijd let ik er nog beter op dat er voldoende frisse lucht in huis is. Ik weet nog dat ik op kantoor heel loom werd van het gebrek aan buitenlucht in combinatie met de loeiende airco. Bij het thuiswerken zorg ik er daarom voor dat het huis elke ochtend is doorgelucht. Je wordt namelijk bijna vanzelf benauwd als de lucht in een ruimte niet oké is.

Als het buiten te koud is om de ramen wagenwijd open te zetten, pak ik mijn aromadiffuser erbij. Ik heb een Geurwolkje die tegelijkertijd een lekkere geur verspreidt en de lucht zuivert. Werkt bij mij vooral heel goed als de verwarming in het najaar voor het eerst weer aan staat en ik loom word van de kunstmatige lucht!

11. Knoop een gesprek aan

Er is vast iemand die je nog moet of wilt bellen of bij wie je nog even wilt buurten. Je middagdip is daar hét moment voor. Een levendig gesprek kan de oplossing zijn om straks energieker weer aan je bureau aan te schuiven. Als thuiswerker gebruik ik daarom mijn middagdipmoment graag om telefoontjes te plannen. Ik merk dat ik er tijdens zo’n gesprek direct weer helemaal bij ben en daar genoeg energie uit haal om de laatste uren van mijn werkdag te kunnen knallen.

12. Check bij jezelf in: wat heb ik nodig?

Als ik ondanks mijn goed gevulde glazen water, de frisse lucht in huis en mijn goede dagindeling toch een middagdip krijg, dan komt het vaak doordat er iets niet lekker loopt vandaag. Ik word bijvoorbeeld steeds uit mijn concentratie gehaald door onverwachte belletjes. Of ik heb een heleboel minder leuke klussen achter elkaar gepland, waardoor de dag eindeloos lijkt te duren. 

Vaak weet ik het zelf ook wel als dat de reden is voor mijn energiedip. Op zo’n moment neem ik vijf minuten om stil te staan bij wat er niet lekker loopt vandaag. Heb ik behoefte aan meer focus en minder telefoontjes? Moet ik schuiven in mijn planning, zodat ik de rest van de dag aan dingen kan werken die wél energie geven? Soms is nadenken over jouw behoeften in plaats van doordenderen alles wat je nodig hebt om de middagdip tegen te gaan. 

13. Maak van rust een vaste activiteit

Met een veel te vol gepropte agenda gaat niemand fris en fruitig aan het werk. Het kan er dus ook aan liggen dat je te veel van jezelf vraagt. Op het werk of privé (of – nog erger – een combinatie van beide). Merk je dat het niet zo lekker loopt en dat je steeds over je grenzen gaat? Neem dan de inkakmomenten serieus en maak van rust een vast item op je dagelijkse takenlijst. Neem een moment voor jezelf na het werk, doe dingen waar jij van oplaadt en trek op tijd aan de bel als ontspannen je door de hoge werkdruk nog maar moeilijk lukt.

14. Neem alsnog die power nap tijdens je middagdip

Heb je al tien keer op en neer gesprongen en al drie collega’s gesproken in de hoop je werklust terug te vinden na je after-lunch-dip? Misschien wordt het hem gewoon niet. Als je thuis werkt en de kans hebt, neem die power nap. Zet wel je wekker; van te veel slaap kun je nog meer moe worden.

Don’t try this at the office overigens. Of nou, niet voordat je met je baas hebt overlegd. Slaapsessies achter werkcomputers doen het niet te best in een functioneringsgesprek. Hoe heftig de middagdip ook is. 

15. Accepteer dat je even minder gedaan krijgt

Als een middagdip zelfs iets biologisch is, dan kun je er al helemaal niets aan doen dat jij een inkakker hebt. Ga jezelf niet pushen om het tempo er goed in te houden. Accepteer dat dit niet je meest productieve (half)uur is, doe kort iets anders of neem voor lief dat het even iets langzamer goed. Stoor je er niet te veel aan, maar accepteer dat je het misschien over een andere boeg moet gooien als de middagdip je gezelschap komt houden. Stoppen met jezelf tegen beter weten in dwingen om alsnog hard te werken, is soms de beste remedie. 

Heb jij last van een middagdip?