“Kun je echt niet harder rennen dan dit?” Twee jongens – ik schat ze een jaar of acht – roepen me zo hard als ze kunnen na en rennen op hun korte beentjes een stuk mee. Ze hebben niet door dat ik na vier kilometer op flink tempo rennen niet veel puf over heb om me eens flink uit te sloven op een indrukwekkend sprintje. Het maakt me ook niet uit. Waarom zou ik een ster-hardloper moeten zijn die iedereen met grote passen voorbij rent? Er is niets mis met een middelmatige hardloper zijn die vooral lol heeft. En dat geldt niet alleen voor hardlopen. Het is een hele opluchting om je lat te laten zakken, en er oké mee te zijn dat je ergens niet uitmuntend in bent of hoeft te worden. Tijd voor een ode aan middelmatigheid!
Niet altijd goed, beter, best
Begrijp me niet verkeerd: ik blijf me graag ontwikkelen, houd van nieuwe dingen leren en mijn ambitieniveau is altijd al vrij hoog geweest. Ik houd van doelen stellen, geloven dat ik die kan waarmaken en daar dan vól voor gaan. Met die mentaliteit heb ik destijds mijn scriptie kunnen afronden (wát een bevalling!). Het heeft me geholpen om mijn onderneming from scratch op te bouwen en ik heb aan die discipline en leergierigheid een hoop kennis te danken.
Maar waar ik eerder de behoefte voelde om in alles wat ik doe écht goed te worden, heb ik die lat al een tijdje geleden laten zakken. Wat een verademing! Natuurlijk zijn er nog steeds vlakken waarop ik mezelf wil verbeteren, namelijk in dingen die voor mij belangrijk zijn of die ik gewoonweg leuk vind. Ik volg graag schrijfcursussen om nieuwe kennis op te doen. Ik die regelmatig trainingen om mijn voor-mezelf-opkom-skills (die ooit wel héél matig waren) iets op te krikken, en ik houd ervan om nieuwe creatieve hobby’s te leren. Maar in veel andere opzichten hoef ik van mezelf niet goed, beter, best te worden. Ik vind het prima om er middelmatig in te zijn.
Niets mis met “wel aardig”
Ik kan als tekstschrijver blogartikelen, webteksten en e-books schrijven. Maar waar sommige woordtovenaars er in een half uur een literatuurwaardig stukje poëzie uit weten te persen, zou dat mij vele malen meer moeite kosten. In dat type teksten ben ik gewoon geen ster. Hoeft ook niet! Zo ook heb ik in foodfoto’s maken een leuke hobby gevonden. Ik experimenteer er graag mee, kijk YouTube-tutorials om nieuwe tips & tricks te leren van über-Amerikaanse foodvloggers en volg een enkele keer een cursus. Maar ik weet ook wel dat ik een middelmatige fotograaf ben en heb totaal niet de ambitie om eens flink faam te maken op dat vlak.
Dat was eerder wel anders. Zeker tot mijn studententijd had ik vaak het idee dat ik moest uitblinken in dingen om goed genoeg te zijn. Ik wilde cum laude mijn bachelordiploma halen. Ook voor mijn master moest ik van mezelf minimaal met een acht afstuderen. Daarna wilde ik de research master doen. Dat stond goed op mijn cv. Vervolgens leek een PhD me wat. Of nou, dat leek vooral de streber in mij een goed plan. Mijn lat kwam steeds iets hoger te liggen. En hoe meer ik in die stroom meeging, hoe meer ik het gevoel kreeg dat ik er pas toedeed als ik mijn eigen alsmaar stijgende lat bleef nastreven.
Pas toen ik ging inzien dat een PhD helemaal niets voor mij is (aangezien ik gek ben op afwisseling, behoefte heb aan meer creatief werk en na 4 maanden al aardig klaar was met mijn scriptie), kon ik eindelijk die lat laten zakken. Weer dingen doen voor mijn plezier in plaats van om er bevestiging uit te halen.
Het leven draait niet om beter, slimmer, meer en efficiënter. Het draait ook gewoon om lol hebben en oké zijn met waar jij staat. Ook als er mensen beter zijn dan jij, meer hebben bereikt of veel harder gaan.
Lees ook: Jezelf vergelijken met anderen? Ho stop!
De middelmatige hardloper
Sport is het eerste ding waarbij ik genoegen kon nemen met middelmatigheid. Hoewel ik als kind heus weleens heb gedroomd van een plek op een sportpodium, had ik al snel door dat mijn talenten hier niet lagen. Bij ballet zette ik een stap naar links waar de rest met meer ritmische bewegingen naar rechts ging. Zodra er een volleybaltoernooi was bij gym, kreeg ik ernstig de behoefte om een koortsstuip te acteren omdat ik een hekel had aan mezelf vrijwillig polsen vol blauwe plekken te laten aanmeten (lag niet aan de sport, maar aan mijn gebrek aan volleybaltalent!).
Later begon ik met hardlopen. Het ging me best aardig af. Ik kon steeds iets verder joggen zonder uitgeput thuis te komen. Maar al snel had ik door dat het voor mij beter was om zonder hardloopapps en tijdmeters te rennen. In die tijd sportte ik té fanatiek. Sindsdien heb ik met mezelf afgesproken om sporten mijn forever middelmatige ding te laten zijn. Ik vind het leuk en doe het trouw elke week. Maar ik houd niet nauwkeurig bij of ik toevallig twee milliseconden tijdwinst heb behaald ten opzichte van vorige week.
Sporten is zoiets wat ik graag doe, bijna altijd met motivatie om te sporten. Ik houd van de wind door mijn haren en wil graag de energie kwijt kunnen die ik op een dag lang bureaustoel-zitten in mijn lijf heb opgebouwd. Maar ik heb niet de illusie dat ik een topsporter ga worden, ook niet de wens om er überhaupt flink beter in te worden. Ik sport, heb een goede conditie en dat is genoeg. Ik ben een middelmatige hardloper en daar ben ik oké mee.
Niet altijd de betere versie van jezelf worden
Los van sport, heb ik me voorheen regelmatig laten meeslepen door ideeën over “de beste versie van jezelf” worden. Ik heb veel coaching gevolgd en heb zelfhulpboeken gelezen totdat ik haast een lamme hand had van het pagina’s omslaan. Ik deed het omdat ik vond dat er altijd wel iets bij te schaven viel aan mezelf. Dan zat ik bijvoorbeeld bij de logopedist omdat ik opeens het idee had dat ik beter kon articuleren. Of ik volgde een cursus waarmee ik hoopte van bepaalde negatieve eigenschappen af te komen. Ik vond mezelf te ongeduldig. Te perfectionistisch. Te stressgevoelig. Te introvert.
Het risico van steeds blijven schaven aan wie je vandaag bent, is dat je jezelf gaat zien als een project. Niet goed genoeg zoals het is. Met elk bijschaafpuntje dat je bedenkt, komt er een nieuw “Ik ben pas goed genoeg als…”-idee op.
Maar zo kwam met elk doel mijn goed-genoeg-lat weer wat hoger te liggen. Als ik het ene doel had behaald, kwam er weer een nieuw doel voor in de plaats. Ik kon niet eens genieten van het idee dat ik iets beter aan mijn verwachtingen voldeed dan voorheen. Er had zich al wel weer een nieuwe verwachting aangediend waar ik iets mee moest.
Lees ook: "Ik ben goed genoeg!" 7 redenen om dat te geloven.
Je bent goed genoeg óndanks dat er altijd wat te leren valt
Een paar jaar geleden leerde iemand me dat ik minder zwart-wit mocht denken. Ik had vaak het idee dat ik ergens óf goed óf slecht in was. Alles waar ik slecht in was, moest ik goed in worden. Diegene leerde me dat je niet meteen niet goed genoeg bent als je soms een kleine onvolmaaktheid laat zien.
- Je kunt meestal positief en vrolijk door het leven gaan, maar soms ook bloedchagrijnig worden als je partner de kopjes niet in de vaatwasser zet.
- Je kunt meestal zelfverzekerd zijn, maar voor die ene presentatie veranderen in één blok zenuwen dat de zorgvuldig voorbereide woorden spontaan vergeet. Maakt je niet meteen een slechte presentator of onzeker mens!
- Je kunt over het algemeen een goede schrijver zijn, maar er soms een typo doorheen laten glippen. Dat doet niets af aan je schrijftalent.
Mijn punt? Er zullen altijd dingen zijn die voor verbetering vatbaar zijn. Of nou ja, die jij niet perfect vindt aan jezelf. Dingen die je ongetwijfeld met dure coaching, zelfhulpboeken en podcasts of met dat ene retraite van € 8.000,- op Bali kunt verbeteren. Maar moet je dat altijd willen? Dat alles maakt je mens. Mens zijn is ook onvolmaakt zijn.
Mogen we soms ook middelmatig zijn?
“Waar wil jij staan over vijf jaar?” is een standaardvraag bij sollicitaties. Alsof je jouw drie volgende promoties al volledig moet hebben uitgedacht. Maar is er iets mis met gewoon tevreden zijn met waar je nu staat en misschien over vijf jaar nog steeds diezelfde baan met plezier uitoefenen? Is het erg als je op de vraag “Wat is je volgende project?” een antwoord schuldig moet blijven, omdat je geen projecten op de plank hebt liggen en geniet van waar je nu staat?
Ik denk dat we soms iets meer waardering mogen hebben voor wat er nu is, inclusief de imperfecties. Het leven draait niet om alsmaar beter worden in alles wat je doet, onvolmaaktheden proberen weg te poetsen en na het ene behaalde doel het volgende alweer op de plank hebben liggen. Het leven draait ook om een keer doelloos voor je uit staren, de boel de boel laten en trots achterom kijken in plaats van altijd hunkerend vooruit.
Mag je soms ook ergens middelmatig in zijn? Het doen omdat je het leuk vindt? Bij bepaalde dingen voor altijd blijven hangen op een niveau onder “supergoed”? Je eigen gebreken hebben zonder de wens om die met uitgebreide coaching weg te maken? En voor altijd op je goede maar niet marathonwaardige tempo rondjes blijven hardlopen omdat je dat fijn vindt?
Het leven is ook gewoon lol hebben. En dat vraagt soms om een lagere lat en meer genieten van wat er nu is. Er is altijd nog genoeg om na te streven.
Wat is iets waarin jij (zonder schaamte) lekker middelmatig bent?
BLIJF OP DE HOOGTE
Ik ben benieuwd wat jij vindt…
Recente blogs
Vegan pindacurry met veel groenten (simpel recept!)
Een goed gekruide curry is het soort gerecht dat ik elke avond wel zou kunnen eten. Laatst bedacht ik in een creatieve bui iets nieuws: pindakaas door de curry gooien. Het bleek een hit: deze curry met heerlijke kruiden, veel groenten en een paar flinke scheppen pindakaas. Als je dol bent op satésaus of pindakaas en net zo houdt van curry als ik, probeer deze pindacurry eens! Een heerlijk goedje waar je na een tijdje pruttelen in de pan, inclusief verrukkelijke pindageuren, vast met plezier je lepel in zet.
Kippenvel | Van deze 10 dingen krijg ik de rillingen!
We hebben allemaal wel dingen waar we écht niet tegen kunnen. Zo is met je nagels krassen over een schoolbord een geluid dat bij veel mensen door merg en been gaat. Anderen kunnen weer niet tegen huilende baby’s, tegen klikkende pennen of tegen mensen die met een lepeltje tegen de rand van hun kopje aan komen. Die dingen kan ik gelukkig allemaal wel uitstaan. Maar er zijn heel wat andere geluiden, vieze dingen en vreemde situaties die mij wél flinke rillingen bezorgen. Dit zijn 10 dingen waar ik écht niet tegen kan.
19 mooie mijlpalen die 2019 onvergetelijk maakten
2019 was mijn mijlpalenjaar. Het was een jaar waarin ik me van de ene mijlpaal in de andere leek te storten. Mooie mijlpalen welteverstaan. Niet voor niets kijk ik met een enorme glimlach op 2019 terug (even afkloppen, want het jaar is nog niet voorbij!). Het was een jaar waarin er veel is veranderd. Laatst wees iemand me erop dat ik daar eigenlijk maar weinig bij heb stilgestaan. Daarom dit 19-lijstje! Dit zijn 19 mooie mijlpalen die 2019 onvergetelijk maakten en die het stilstaan meer dan waard zijn.
Ik snap je intentie. Maar ik denk er sinds kort toch anders over. Middelmatigheid staat vaak voor mensen gelijk met stil staan. En als ik iets leuk vind dan word ik daar ook beter in. Maar ik hoef niet alles te kunnen. En het is ook geen alles of niets spel. En ‘goed’ is een relatief begrip: er is echt ALTIJD wel iemand die beter is dan ik.
Ik zie niks wat ik doe als middelmatig of voor de lol, of tijdverdrijf omdatik niks beters te doen heb. Uit alles wat ik doe haal ik ik iets wat mij beter maakt dan de dag er voor. Dus nee. Ik kan eigenlijk niks bedenken wat ik doe en waar ik me prima bij voel dat ik er ‘slecht’ in ben (want: relatief). Het is een kwestie van je niet laten leiden door een momentopname (bijvoorbeeld een slechte prestatie, eenmalig; of een ruzie, wat op zichzelf niet het einde betekend van een relatie). Maar ik zou echt liegen als ik zou zeggen dat ik niet elke keer probeer beter te zijn dan de vorige keer. Ik ben alleen niet boos op mezelf als het een keer niet lukt.
Maar 8-jarige jongetjes zou ik echt wel voorbij proberen te rennen … ook leuk voor hen, als het me niet lukt 😉
Mooi om jouw visie hierop te lezen! Ik vind het zelf ook tof om mezelf in dingen te blijven verbeteren. Op sommige vlakken is dat natuurlijk ook belangrijk (bijvoorbeeld op werkgebied).
Voor mij gaat het meer om een balans vinden tussen beter willen worden in de dingen die belangrijk zijn en het mezelf ook gunnen om van sommige (minder belangrijke) dingen geen goed-beter-best-doel te maken. Ik weet bijvoorbeeld dat ik het doorzettingsvermogen heb om voor een halve marathon te trainen, daar schema’s voor te maken en me daaraan te houden. Maar ik weet ook dat ik daar niet per se blij van word en dat ik daar dan meteen met hoge latten in ga. Ik gun het mezelf dan om het dan bij mijn minder applauswaardige hardloopprestaties te houden. Als je van jezelf de neiging hebt om dingen heel goed te doen of te winnen, is het soms ook fijn om van specifieke dingen te kunnen denken “Gewoon goed is goed genoeg” 🙂
Ik heb ook een beetje moeite met de uitdrukking “middelmatigheid”. Net als Daenelia. Voor mij is het niet goed genoeg, maar toppen hoeft ook niet. Jij als taalfanaat kan vast nog wel een beter woord vinden. … Je intentie begrijp ik. Je hoeft niet met alles in de voorste liga mee te lopen. Maar je moet wel je best doen, om het zo goed mogelijk te doen, zonder je lat te hoog te leggen. Anderzijds moet je ook eerlijk zijn, dat niet alles jouw ding is. Zo heb ik lang geprobeert muziek te maken, ergens een plichtgevoel, ergens ook omdat ik het leuk vind, maar ik heb geen ritme en toongevoel, dus onzin. En sinds ik me daarbij neerleg, is het veel beter. Gewoon iets anders doen. En sommige dingen doe je omdat je het leuk vind, andere omdat je je beste moet geven of goed genoeg moet zijn. Succes met niet te perfectionistisch zijn.
Klopt helemaal wat je zegt! Er zijn dingen waarin gewoon goed niet goed genoeg is (bijvoorbeeld als je voor je werk wel echt bepaalde resultaten moet opleveren). Maar er zijn ook dingen waarvan je kunt denken “Ben ik niet goed in, dat is oké!” of “Vind ik leuk om te doen, maar hoef ik geen topprestaties in te leveren!”. Voor mij gaat het vooral om een balans tussen die dingen vinden, eigenlijk precies wat jij ook beschrijft. Ik heb van mezelf de neiging om goed niet goed genoeg te vinden. Soms is het dan voor de afwisseling heerlijk om bij dingen waarin ik geen topprestaties hoef te leveren (zoals hardlopen) te denken “Middelmatig of in elk geval niet jaloersmakend goed is meer dan genoeg”.
Ik vind bij veel dingen: dit is zo goed genoeg. Dat is ongeveer hetzelfde maar klinkt positief. Maar ook ik moet alert zijn op onnodig perfectionisme! Dus fijn dat je erover schrijft.
Ik vind het altijd vervelend dat het bij mensen meer, meer, meer en beter, beter, beter moet zijn. We mogen toch tevreden zijn met wat we kunnen en onze mooie eigenschappen? Altijd dat perfectionisme wat snel een probleem wordt bij mensen. Ik vind dat je helemaal gelijk hebt en vergelijken heeft ook geen zin 😀
Mooi om te horen dat jij er ook zo in staat! En heel herkenbaar inderdaad 🙂 Dat meer, meer, meer zit er best wel ingebakken tegenwoordig, lijkt het wel.