Vegetariër ben ik al sinds mijn 13e. Maar vegan worden? Nee hoor, die stap zou ik nóóit zetten. Dat mensen en meningen veranderen, blijkt wel. Inmiddels is het tegendeel waar: ik eet (alweer twee jaar) vegan. Wat begon als een maand zonder kaas en melk, groeide uit tot volledig veganistisch eten. Een keuze waar ik nu 100% achter sta! Dit zo uitspreken voelt als een heuse met-de-billen-bloot-actie. Ik moest zelf wennen aan het idee van vegan zijn, en ook aan het idee dat mensen er oordelen over hebben en dat je hiermee soms “moeilijk” bent. Maar eindelijk voel ik me klaar om ervoor uit te komen. Ook omdat ik een concreet haakje heb: ik bezocht een diëtist gespecialiseerd in plantaardige voeding. Want je kunt wel vegan eten, maar hoe doe je dat volwaardig?
Van “Vegan word ik nóóit” naar wél vegan worden
Eerst even een stapje terug! Jarenlang riep ik nog dat veganistisch eten een brug te ver was voor mij. Ik eet al sinds mijn 13e vegetarisch, maar zag veganistisch eten als een stap die ik te radicaal vond voor mezelf. Bovendien was ik verzot op kaas en bestond mijn ontbijt standaard uit een enorme bak kwark, die ik het liefst direct uit de verpakking oplepelde. Verslingerd was ik! Bij mijn eerste happen soja-kwark werd ik zelfs een beetje droevig. Brr, dit lijkt toch in niets op mijn geliefde kwark van Jumbo-huismerk? Tóch ben ik vegan geworden. Hoe dat zo?
Dat was geen keuze die ik zomaar op een dag opeens maakte. Het is eigenlijk langzaamaan en meer onbewust gegaan. Achteraf vind ik dat wel mooi. Ik heb nooit mezelf opgelegd om “vanaf nu vegan te eten”. Ook heb ik het niet op die manier uitgesproken naar mensen. Ik ben simpelweg dingen gaan weglaten of vervangen, en gaan kijken hoe ik me daarbij voelde. Lukte het een keer niet, dan vond ik dat ook prima. Die manier paste bij mij. Ik kon gaandeweg ontdekken dat er heel veel vegan alternatieven bestaan, dat pasta’s ook zonder kaas (of nep-kaas) lekker kunnen zijn en dat ik wél volwaardig kon eten zonder dierlijke dingen.
Tegelijkertijd gaf het me de kans om te wennen. Op allerlei manieren. Wennen aan nieuwe producten dus (sojakwark bleek zo slecht nog niet als je maar soorten blijft proberen!). Wennen aan het idee dat ik “iemand ben die vegan is”. Maar ook wennen aan mogelijke oordelen van mensen. Dat laatste vooral. Uitspreken “Ik eet veganistisch” voelde kwetsbaar. Je weet dat je daarmee tot een minderheid behoort en dat sommige mensen er iets van vinden. Misschien vinden mensen dat je als veganist álles duurzaam moet doen. Anderen vinden het onzin. Weer anderen gaan zich verdedigen waarom ze zelf niet vega eten (terwijl dat echt niet hoeft – you do you). Dat is soms spannend en lastig, zeker als je zelf nog aan het ontdekken bent wat je wilt. Daarom gunde ik mezelf eerst mijn eigen zoektocht.
Waarom ik toch vegan ging eten?
Waarom ik besloot vegan te worden? De nummer 1-reden is mijn grote dierenhart. Op plek 2 staan het klimaat en de wereld zoals die ik hoop achter te laten. Iets wat niet iedereen van mij weet, is dat ik al van jongs af aan waterige ogen krijg van elke vorm van dierenleed. Ik ben van mezelf niet heel activistisch aangelegd en zal niet snel met spandoeken een strijd maken. Maar ik wil wel zélf doen wat ik kan. Niet voor niets werd ik op mijn 13e vegetariër en ontdekten mijn ouders al snel dat dat geen puberale bevlieging was. Ik kon het niet verkroppen dat er een dier zou doodgaan voor mijn avondeetmenu.
Waarom dan nu de overstap naar vegan? Eerder was ik daar voor mijn gevoel nog niet aan toe. Ik wilde in mijn begin-twintigerjaren eerst weer een gezonde relatie met eten opbouwen. Ook had ik vegan eten nooit als iets haalbaars gezien. Totdat twee dingen samenkwamen: een gedwongen lactosevrij dieet (voor mijn prikkelbare darmen) én Boer Zoekt Vrouw. Wat die laatste hiermee te maken heeft? Net nadat ik was gestart met een maand lactosevrij eten, verschenen Yvon en haar boeren op tv. Ik herinner me nog dat boer Jouke een moederkoe bij haar pasgeboren kalfje weg haalde en in geuren en kleuren vertelde hoe dit gaat. Mijn hart brak in 694 stukjes. Ik weet nog dat ik snikkend tegen Bart zei “voor zover het lukt geen zuivel meer te gebruiken”.
Het scheelde dat ik al met lactosevrij eten was gestart. Vóór die tijd kon ik me niet voorstellen dat iemand me ooit mijn geliefde kaas zou afnemen. Maar nu had ik al gemerkt dat ik in een kaas- en melkvrij leven niet zoveel hoefde te missen als ik dacht. Ik werd juist creatiever in de keuken nu ik kookte en bakte zonder dierlijke producten. Ik haalde opeens ingrediënten in huis waar ik voorheen nooit van had gehoord: tahin, amandelpasta, sojakwark, edelgistvlokken… En ik ontdekte hoe leuk ik het vond om eigen kookcreaties te bedenken en hoeveel er wel niet mogelijk is. Oké, dé perfecte kaasvervanger die qua smaak en structuur een echte look-a-like is, heb ik nog niet gevonden. Maar daar kan ik inmiddels mee leven.
Waarom ik dit nu pas uitspreek?
Ik heb geleerd dat dingen niet altijd een label hoeven te hebben. Je hoeft niet óf vegan te zijn óf niet. Je kunt ook 60, 85 of 90% vegan eten of 5x per week vega eten, en doet dan ook al heel veel voor de wereld. Mijn streven was dan ook in eerste instantie om zoveel mogelijk vegan te eten. Door er geen label op te plakken, verlaagde ik mijn eigen lat. Ook voelde ik de ruimte om – als het een keer niet anders kon – toch iets met ei of baksels met een klein beetje melk te eten. Dat gebeurde in de praktijk eigenlijk niet. Maar die speelruimte was prettig om zelf aan het idee te wennen en om daardoor nu krachtiger uit te spreken dat ik vegan ben en daar 100% achter sta.
En nu staan we hier en spreek ik het uit
Het begon dus met geen lactose meer eten. In het begin at ik nog weleens lactosevrije kwark of maakte ik voor Parmezaanse kaas een uitzondering. Later ging ik daar vegan alternatieven voor vinden. Bakken met ei vond ik toen nog wel een uitdaging, dus één of twee eieren gooide ik 2,5 jaar geleden soms nog door mijn baksels. Totdat ik besloot eens zonder ei te bakken. De eerste baksels mislukten compleet. Ingezakte puddingen leken het. Soms zelfs een derrie waar je zelfs met de beste beeldhouwkunsten geen cake meer van kon maken. Maar ik bleef volhouden en experimenteren. Als ik eivrij kon bakken, scheelde dat heel veel eieren. Het lukte steeds beter, en na een tijdje was Bart bij ons thuis nog de enige ei-gebruiker.
Zo werd ik tóch vegan. En ja, die zin typen voelt gek genoeg als een kant van mezelf prijsgeven die niet iedereen kent. Een kant waar mensen misschien een mening over hebben. Of die sommigen gek, onnodig of radicaal vinden. Ik geloof zelf heel erg in “Ik doe mijn ding en zal nooit iemand dwingen dat ook te doen”. Ik bak nog regelmatig zonder klagen echte gehaktballen voor Bart, en ik heb nul moeite als mensen tegenover me in een restaurant wel vlees, kaas of een combinatie ervan bestellen. En ik zal nooit iemand proberen over te halen om ook vlees, vis en zuivel te laten staan. Ik kan alleen maar hopen dat mensen dan andersom ook niet oordelen over de keuzes die ik maak.
Maar soms houd ik het nog stilletjes dus. Ik vind het zelfs een tikkeltje spannend om dit artikel online te zetten. Maar het is een stukje van mij. Ook daar wil ik niet meer met schaamte of oordeel-angst over praten.
Plantaardig eten: doe ik dat wel goed?
Eén van de redenen (naast het missen van kaas) dat ik nooit had gedacht vegan te worden, was dat ik bang was dat je dan niet volwaardig eet. Zeker na wat ik heb meegemaakt (ik heb in mijn jeugd zo’n 10 jaar anorexia gehad), wilde ik zeker weten dat ik het op een gezonde en volwaardige manier kon aanpakken. Lukte dat niet, dan zou ik uiteraard mijn gezondheid verkiezen boven mijn idealen.
Al website-struinend, video-verslindend en boeken lezend over dit thema ging er een wereld voor me open. Ik ontdekte dat ik misschien in mijn omgeving bijna geen vegans heb, maar dat het internet wel barst van de mensen die hier graag over delen. Zo stuitte ik ook op de video’s van Lisa Steltenpool en haar boek Vegan Vibes. Lisa is als diëtiste gespecialiseerd in veganistisch en vegetarisch eten, en weet onwijs veel over zelfs de allerkleinste details. Op YouTube deelt ze daar al onwijs veel fijne tips en inzichten over (écht een tip om haar video’s te kijken als dit thema je aanspreekt!). Maar ik was benieuwd hoe ik het persoonlijk doe. Dus boekte ik een consult om te kijken of ik volwaardig vegan eet en hoe ik de vegan puntjes op de ‘i’ kan zetten.
Meer weten over vegan eten?
Uiteraard ben ik geen specialist op dit gebied. Anders had ik het diëtisenconsult niet geboekt 😉 Als je zelf vegan wilt eten, zou ik zeker aanraden om je er goed in te verdiepen. Een consult met een diëtist die specifiek veel over plantaardige voeding weet, kan daarbij helpen. En je vindt er ook online ontzettend veel informatie over. Bijvoorbeeld het artikel ‘Hoe kan ik gezond veganistisch eten?’ van het Voedingscentrum of het boek ‘Vegan Vibes’ van Lisa Steltenpool. Overigens is niets in dit artikel gesponsord. Ik deel gewoon graag de bronnen die mij hebben geholpen.
Conclusie: ja, ik doe het goed. Maar…
Gelukkig was de belangrijkste conclusie na het consult met Lisa dat mijn eetpatroon er al heel goed uitziet. Daarmee bedoel ik niet dat ik 100% gezond eet. Ik ben zelf juist voorstander van een balans tussen gezond eten en ook jezelf lekkere, minder gezonde dingen gunnen (wat is leven zonder chocola en pancakes op z’n tijd?). Maar Lisa kijkt kijkt puur mee of ik de juiste en voldoende voedingsstoffen binnenkrijg. Dat bleek gelukkig het geval te zijn! Wel tipte ze een paar vitamines en voedingsstoffen waar ik extra op moet letten.
Ik vond het fijn om daar eens over te sparren, zodat ik zeker weet dat ik niet onnodig steken laat vallen of voedingsstoffen mis. Ook prettig is dat een diëtist (Lisa wel in elk geval) onafhankelijk is. Je kunt ook testjes doen bij veel vitaminewebshops, maar die hebben er uiteraard baat bij dat jij met zoveel mogelijk supplementen bij de kassa aankomt. Voor een diëtist geldt dat (meestal) niet, waardoor ik dat advies meer vertrouw.
Na het consult voerde ik 6 veranderingen door op advies van Lisa. Sommige waren een enorme eye-opener voor me, andere dingen waren vooral vergane goede gewoontes die ik nieuw leven in moest blazen. Dit zijn de veranderingen die ik doorvoerde:
Verandering 1: weer trouw vitamine D slikken
Jaren geleden heb ik weleens vitamine D-tekort gehad en ik spreek daardoor uit ervaring als ik zeg dat je je daar heel beroerd door kunt voelen. Ik heb toen een tijdje trouw elke herfst en winter vitamine D geslikt. In de wintermaanden kom ik vooral buiten als het al donker is, waardoor een tekort nogal op de loer ligt. Sowieso hebben we hier in Nederland meer kans op, omdat we natuurlijk niet op een zonovergoten tropisch eiland wonen. En als je vegetarisch of vegan eet, loop je een nóg groter risico op een tekort. Maar je weet misschien hoe dat gaat: als je potje vitamine op is, vergeet je een nieuwe te kopen en voor je het weet is de goede gewoonte er alweer uit geslopen. Dat gebeurde althans bij mij.
Sinds het consult bij Lisa zit ik weer trouw aan de vitamine D-pillen. Ik wil ze nu echt het hele jaar door gebruiken. Baat het niet, dan schaadt het niet! Bij mij helpt vitamine D trouwens ook enorm goed om een winterdip te voorkomen. Natuurlijk kan een winterdip ook ergens anders uit voortkomen. Maar ik merkte aan mezelf dat een slap en lusteloos gevoel door vitaminetekort vijf jaar geleden niet echt meehielp om de winter energiek en happy door te komen. Alleen al daarom slik ik de supplementen weer braaf.
Trouwens, ik ontdekte pas onlangs dat veel vitamine D-supplementen rundergelatine bevatten (wat doet dat spul in vitaminepillen?). In mijn zoektocht naar een variant zonder gelatine heb ik uiteindelijk maar een potje van Davitamon gekocht, maar ik geloof dat Holland & Barrett nog veel meer opties heeft.
Verandering 2: aan de vitamine B12
Ook dit staat bekend als een vitamine die je als vega(n)-eter bijna altijd moet bij slikken. Vitamine B12 is de enige vitamine die je van nature alleen kunt opnemen uit dierlijke voeding. Gelukkig zijn supplementen een goed alternatief. Ook als je vlees, vis en zuivel eet, kun je er trouwens een tekort van oplopen. Ik heb het zelf gelukkig nooit gehad, maar ken wel een paar mensen die dat hadden en zich er heel belabberd door voelden. Merel van De Groene Meisjes heeft een uitgebreid artikel geschreven over waarom vitamine B12 zo belangrijk is en hoe je het goed aanvult.
Ik was er ooit mee gestart, maar ook hier was de klad in gekomen. Sinds het gesprek met Lisa ben ik met goede moed herstart en slik ik dit supplement weer dagelijks. Ik schrok best wel toen ik las over de gevolgen van een vitamine B12-tekort en zorg er nu voor dat ik mijn pilletje geen ochtend meer oversla.
Verandering 3: zeewier nemen (met neus dicht)
Voor de smaak en vooral voor de weeïge geur zou ik dit potje zeker niet kopen. Maar het is wel ergens goed voor en gelukkig hoef ik er maar een theelepel van per dag. Van de diëtiste leerde ik dat het als Nederlander lastig is om genoeg jodium binnen te krijgen. Omdat in de Nederlandse grond niet genoeg jodium zit, wordt jodium al jarenlang verplicht toegevoegd aan supermarktbrood. Het zit ook in een aantal andere producten. Maar omdat we steeds minder brood eten (ik ook!), krijg je er al snel wat tekort van. Ik schrok best wel toen ik erachter kwam dat ik structureel weinig jodium binnenkrijg. Als je er een tekort van hebt, kan dat vervelende klachten veroorzaken. Schildklierproblemen bijvoorbeeld. Lisa maakte er deze duidelijke video over.
Gelukkig is dit volgens Lisa vrij eenvoudig op te lossen. Ik gebruik nu dit potje met zeewier. De smaak is superzout en de geur is zeker niet om over naar huis te schrijven. Dus de serveersuggestie op het potje om het zeewier vooral over je salade te strooien, laat ik graag aan me voorbijgaan. Maar ik neem wel trouw elke dag een theelepel van dit spul om mijn jodium op pijl te houden. Met mijn neus dichtgeknepen – dat dan weer wel.
Trouwens, kans op jodiumtekort loop je ook als je niet vega(n) eet. Bart eet – sinds ik ermee ben gestart – ook trouw een hapje van dit zeewierspul per dag.
Verandering 4: 1x algenolie per dag voor Omega-3
Iets anders wat zeker niet bijzonder smaakvol klinkt maar wat ik toch dagelijks op het menu zet, is algenolie. Dit potje was peperduur, maar dit was één van de weinige vegan varianten die ik kon vinden. Waarom ik aan dit spul ben gegaan? Voor de Omega-3! Dat is één van de weinige ingrediënten die heel lastig op een natuurlijke manier binnen te krijgen is als je geen vis eet. Hiervoor neem ik nu dus elke dag een half theelepeltje van deze olie. Ook niet enorm lekker, maar dat ene hapje met een smaakcombinatie van sinaasappel en vis heb ik er graag voor over als het mijn gezondheid goed doet.
Verandering 5: scheutiger zijn met chia-, lijn- en hennepzaad
Dit is geen supplement, maar een ander product dat ik vaker ben gaan gebruiken. Ik maakte wel af en toe een chiapudding met chocola of deze chiapudding met kokos. Maar die zaadjes waren geen standaard onderdeel van mijn ontbijt. Lisa raadde me aan om voor een volwaardig voedingspatroon vaker chiazaad, hennepzaad of lijnzaad te gebruiken, omdat die zaden veel goede voedingsstoffen bevatten. En zo geschiedde!
Ik heb alle drie standaard in de keukenkastjes staan, maar strooide er voorheen niet al te rijkelijk mee. Inmiddels probeer ik er elke dag één van de drie bij te pakken en over mijn havermout of lunch te strooien. Chiazaad is ideaal in havermoutpap; en lijnzaad en hennepzaad kun je over allerlei soorten gerechten heen strooien. Ik strooi hennepzaad zelfs weleens over mijn avondeten. Proef je vrij weinig van (ook al doet de weeïge geur die uit de pot komt anders vermoeden).
Verandering 6: letten op calcium
Verder ben ik meer plantaardige melk en kwark gaan gebruiken dan voorheen. Ik krijg op een dag meer dan genoeg eiwitten binnen, dus daar heeft het niets mee te maken. Maar deze producten zijn vaak verrijkt met calcium. Omdat ik in mijn puberteit niet goed op gewicht was, heb ik een grotere kans op botontkalking dan de gemiddelde persoon. Om dat risico zoveel mogelijk te beperken, slik ik nu calcium bij en gebruik ik meer plantaardige melk en vegan kwark.
Ook dat van de botontkalking was iets waar ik van schrok. Helaas kan ik de tijd niet terugdraaien. Achteraf had ik natuurlijk gewild dat ik al op jonge leeftijd beter voor mezelf had gezorgd, maar ik kan wel mijn best doen om NU zo goed mogelijk op mezelf te letten. En dat doe ik met alle liefde.
Dus: ik eet nu nog zelfverzekerder vegan
Al met al heb ik onwijs veel aan Lisa’s advies gehad. Ook als je denkt “Ik eet toch gezond?” is het soms goed om iemand te laten meekijken. Ik wilde niet maar wat “aanrommelen” en dan opeens ontdekken dat ik niet volwaardig eet. Ik wilde zelfverzekerd vegan kunnen zijn. Het consult heeft daar zeker bij geholpen. Wat ik ook fijn vond, is dat Lisa specifiek bepaalde merken supplementen kon aanraden. Er zijn heel veel verschillende vitaminemerken op de markt en de prijzen lopen enorm uiteen. Nu kon ik een weloverwogen keuze maken om wel of niet voor het duurdere merk te gaan.
En nee, dat mandje in de la vol supplementen is niet spotgoedkoop. Maar voor mijn gezondheid heb ik het graag over. Bovendien doe je met veel potjes best een tijd. De algenolie hoef ik (gelukkig!) niet heel scheutig in te nemen, dus dat gaat er zeker niet heel rap doorheen.
Het enige wat me nog te doen staat, is er vaker voor uitkomen dát ik vegan eet. Me niet rot voelen als ik het daarmee voor anderen “moeilijk” maak, maar dan denken in oplossingen (“Zal ik anders zelf iets meenemen?”). Een coach, die mij destijds hielp om me minder druk te maken over meningen van anderen, zei niet voor niets ooit tegen me: “Misschien is uitspreken dat je vegan bent wel de mooiste stap die je daarin te zetten hebt”. Dus staat dit artikel nu online, ben ik trots dat ik het heb gedaan, en geniet ik lekker verder van heerlijk vegan eten. Vooruit, met af en toe die onsmakelijke hapjes zeewier tussendoor. Alles voor de gezondheid.
Welke supplementen slik jij standaard?
BLIJF OP DE HOOGTE
Ik ben benieuwd wat jij vindt…
Recente blogs
Vaker Vrolijkheid XXL: hoogtepunten van dit half jaar
Gisteren bestond Vaker Vrolijk precies een half jaar. Na 182 berichten, een paar duizend reacties en honderden blogfoto's geniet ik nog elke dag van alles wat Vaker Vrolijk me heeft gebracht. Ik vond dit mini-jubileum wel een goede reden voor een feestje. Speciaal ter gelegenheid van mijn semi-blogverjaardag besloot ik daarom om een extra Vaker Vrolijkheid online te zetten. Een XXL-editie waarin ik terugblik op de hoogtepunten uit mijn leven van het afgelopen jaar. De virtuele feestmutsjes en slagroomtaart staan voor je klaar. Lees je gezellig mee?
Rokjesdag | 12 vrolijke rokjes voor de lente (o.a. fair fashion)
Rokjes en ik. Ik en rokjes. Dat is altijd een goede match. Het liefst zwier ik de hele lente (wat zeg ik: het hele jaar) rond in fleurige rokjes. Speciaal in het kader van rokjesdag ging ik daarom op zoek naar 12 rokjes waar ik blij van word. Bereid je voor op een lijstje vol lente-achtige, kleurrijke en ook chique exemplaren. Speciaal voor de mensen met een fair fashion challenge, zitten er trouwens ook een aantal fair fashion rokjes tussen.
Rust zacht, lieve opa en oma!
Zonder woorden zit ik achter mijn scherm. Normaal weet ik moeiteloos een brij aan woorden in WordPress te krijgen via mijn toetsenbord. Maar dit keer is het stil in mijn hoofd. Deze week is er één waarin mijn hart soms in tienduizend stukjes uit elkaar lag, en het op andere momenten de herinneringen waren die al die stukjes weer aan elkaar lijmden. Omdat schrijven mijn fijnste therapie is, besloot ik in de wilde weg woorden op papier te zetten. Misschien ongestructureerd, maar dat past. De korte samenvatting: dag lieve opa en oma, rust zacht. Voor altijd samen, maar niet meer op aarde. (Let op: heb je zelf veel verdriet om een dierbare, zit je midden in de rouw of kun je om een andere reden verdrietig nieuws nu niet gebruiken? Sla dit artikel dan over. Dat is helemaal oké. Ga na wat voor jou goed voelt.)
Wat een goed artikel en je hoeft je natuurlijk nooit, nooit te generen voor het feit dat jij veganistisch eet. Ik ben (nog) niet zover en ik weet ook niet of ik ooit nog zover kom want al 60. Recent wel een soort melk gevonden die wat meer compassie heeft met koeien en haar kind. (Kalverliefde), kaas eet ik ook nog, of eigenlijk wij maar die kopen we bij een biologische boer in Oudewater. Ik weet dat het in NL (en veel andere Europese landen) slecht is gesteld met dierenwelzijn en sinds toen wij 1,5 jaar in ’s Hertogenbosch woonden en ik in Brabant die gigantische varkensstallen zag schrok ik. Onlangs keek ik echter een documentaire op Netflix over voeding en in de USA is het nog veel slechter gesteld met dierenwelzijn. ‘Fabrieken’ met duizenden koeien. Bah! Dan vraag ik mij af hoe kunnen wij mensen zo intens houden van onze huisdieren maar er (niet allemaal) blijkbaar geen moeite mee hebben dat haantjeskuikens (want legt geen ei) doorgedraaid worden en het toelaten dat de staarten van biggetjes afgeknipt worden. Het land is te klein wanneer er een vreselijke hondenfokker wordt betrapt (en terecht) maar varkensflats vinden we blijkbaar gewoon. Mijn boodschap: je hoeft niet volledig vegetarisch of veganistisch te worden maar denk in ieder geval na over dierenwelzijn en wat je daaraan kunt bijdragen.
Daar ben ik het helemaal mee eens! Het is juist zo mooi als iedereen kan bijdragen op een eigen manier. Voor de één is dat vegetarisch eten, voor de ander vegan eten, voor anderen is het een paar keer per week vlees of zuivel laten staan. Met elk van die stappen maak je een verschil 🙂
Inderdaad zo heftig om te merken hoeveel dierenleed er is in de wereld en dat veel dingen ook nog zo achter gesloten deuren plaatsvinden. Ik hoop enorm dat er – los van dat we gelukkig massaal vaker vega/flexitarisch gaan eten – ook meer regelgeving komt rondom dierenwelzijn. Dat zou al helemaal een mooie, grote stap zijn.
Eten is bijzonder he? Dat organismes op deze planeet zich ontwikkelden om andere organismes te gaan eten om op die manier de ‘circle of life’ te vormen. Toen ik klein was (zeg maar 6 a 7 jaar) vond ik vlees gewoon niet lekker. Ik at graag spruitjes en bloemkool, iets waar mijn leeftijdsgenoten van bibberden. Ik vind vlees nog steeds niet echt lekker, eerlijk gezegd en dat is dan ook heel specifiek: rundvlees en varkensvlees is gewoon niet lekker. En kip eet ik dan wel weer met mate, net als sommige vis.
Ik kan mezelf geen vegetarier noemen, ook al eet ik veel planten, meer nog dan vroeger. En de reden voor mij is dat ik een hond en een kat heb. Die geef ik vlees, want dat hoort bij hun normale dieet. Dat mijn chihuahua daarnaast ook heel graag rauwe worteltjes eet, paprika en komkommer, dat komt omdat ik dat eet en hij het leuk vindt om mijn maaltijd te delen. Mijn kat krijg je niet aan de rauwe groente: die is echt een vleeseter. Ik geloof dat je best je huisdieren op een vegetarisch dieet kan zetten. Maar ik weet niet of ze daar gelukkig van worden. Of gezond.
Het feit dat mensen, als vegan (maar ook als vegetarier) supplementen moeten innemen, geeft voor mij al aan dat we toch wel iets missen als we helemaal geen dierlijke producten meer eten. Tel daarbij op dat er ook steeds kleine onderzoekjes naar buiten komen waaruit blijkt dat planten óók een gevoelsleven hebben. En dan wordt voor mij de grens al minder duidelijk.
Ik denk dat ik zelf minder moeite heb met kip en vis eten omdat dat dieren zijn waarvan ik denk: als ik echt honger heb, dan zou ik deze dieren zelf nog wel kunnen slachten (ja, echt. En zeker als ik ook mijn kat er mee kan voeden.). Dat neemt niet weg dat ik denk dat we met onze veehouderij en onze omgang met dieren als objecten de verkeerde weg op zijn. We moeten anders omgaan met onze planeet, de dieren en elkaar. Voor mij is vegan zijn daar een optie in, maar geen verplichting. Maar oog hebben voor dierenleed is wel iets waar nog grote groepen mensen iets bewuster mee om mogen gaan. Zeker de mensen die werken in die industrie.
Met dat laatste ben ik het helemaal eens 🙂 En het is heel begrijpelijk dat iedereen andere keuzes maakt in hoe je bijdraagt aan dierenwelzijn. Voor mij voelt vegan eten – juist doordat ik er zo lang aan kon wennen – als een haalbare optie, maar ik kan me heel goed voorstellen dat dat voor veel mensen een brug te ver is. En met flexitarisch eten draag je ook al heel veel bij.
Je punt over de supplementen is trouwens iets waar ik me ook zorgen over maakte voordat ik officieel vegan ging eten. Maar ik leerde van de plantaardige diëtiste dat veel dierlijke voeding die stoffen alleen bevat omdat het aan diervoer wordt toegevoegd. Omega-3 zit bijvoorbeeld in ei omdat kippen algen gevoerd krijgen voor de Omega-3, niet omdat eieren die stof van nature bevatten. Ik neem die algenolie rechtstreeks in. Sinds de diëtiste me dat vertelde, ben ik wat milder naar supplementen gaan kijken 🙂 Alhoewel die algenolie nog steeds niet mijn favoriete eetbare ding blijft 😉
Wat een leuk informatief artikel en ik snap dat je het spannend vindt, want de reacties kunnen heel wisselend zijn als je laat vallen dat je veganist bent (Hier ook ervaring mee, sommige mensen voel zich er gelijk door aangevallen en gaan zich verdedigen e.d. terwijl ik alleen maar denk ik ben veganist ik zeg niet dat jij dat ook moet worden ofzo) Hier inmiddels al vanaf de zomer van 2017 officieel veganist en daarvoor al ruim anderhalf jaar flexanist, omdat we toen nog wel buitenshuis dierlijke producten aten als dat zo uitkwam om niet ‘lastig’ te zijn. Gek is dat trouwens he dat je denkt nooit zonder kaas te kunnen e.d. maar uiteindelijke sluipt het er gewoon in dat je best zonder kunt. Ik geef toe er is helaas nog geen één echte goede kaasvervanger op de markt, maar ach er zijn genoeg andere opties om eten lekker te maken zonder kaas 🙂 Ik ben veganist geworden voor de dieren, niet omdat ik vlees en kaas niet lekker vond/vind. Ik vind het nog steeds lekker als ik bij mijn ouders thuis de geur van gebakken spekjes ruik of ander gekruid vlees, maar ik zal het niet meer eten. Doe mij dan maar plantaardige spekjes 🙂 ben momenteel bezig om van gerookte tofu spekjes te maken, de bite heb ik al aardig gevonden nu nog iets meer de juiste smaak zien te vinden 🙂 Kwa supplementen slik ik B12 natuurlijk en daarnaast vitamine D3 met K2, resveratrol, B2 en jodium. Overigens gaat er in diervoer tegenwoordig ook een hoop supplementen om te zorgen dat zij wel voldoende opnemen omdat hun natuurlijke omgeving ook te weinig bevat, dus dan kunnen we die supplementen beter zelf slikken dan via een omweg door een dier.
Wat onwijs fijn, je reactie! Ik vind het heel leuk om de ervaringen te lezen van een mede-veganist. En wat goed dat je inmiddels alweer 7 jaar officieel vegan eet!
Jouw ervaringen met kaas zijn heel herkenbaar. Ik had dat vooral met kwark. Ik vond soja-kwark in het begin niet te pruimen, omdat ik iets zocht wat op echte kwark leek. Maar na een tijdje gaat de smaak wennen en mis je het origineel niet eens meer. Ik denk dat ik – als ik nu echte kwark zou eten – dat zelfs niet lekker meer zou vinden, omdat ik alleen sojakwark nog ken 😉 Alleen die écht goede namaakkaas, daar wacht ik wel nog met smart op. Tot die tijd zijn edelgistvlokken mijn beste vriend 😀
Heel raak trouwens ook je opmerking over supplementen via een omweg binnen krijgen. Ik dacht zelf heel lang dat een eetpatroon niet gezond kan zijn als je er supplementen bij moet nemen. Mede daarom vond ik vegan worden een grote stap. Dat was totdat ik ontdekte dat veel dierlijke voeding via het diervoer verrijkt is met diezelfde supplementen. Omega-3 zit bijvoorbeeld ook niet standaard in eieren. Net wat je zegt: dan is het juist geen gek idee om die supplementen zonder omweg binnen te krijgen 🙂