Zonder kleur geen huis. Het had mijn interieurmotto kunnen zijn als kleurenliefhebber. Bij ons in huis is er geen muur wit gebleven. En ik geloof na 6,5 jaar in kleurrijke huizen dat iedereen kleur in huis kan halen, zelfs als je het spannend vindt. Je hoeft echt niet meteen je hele huis in regenboogstijl te schilderen (mag wel!). Kleur aanbrengen kan ook op minder heftige manieren. Zelfs op manieren die je makkelijk terugdraait als je toch op een dag denkt: “Mwah, ik wil het weer anders doen!“ In dit artikel deel ik mijn 11 favoriete tips om meer kleur in huis te halen.

Kleur in huis hoeft niet eng te zijn

Het lijkt misschien een grote stap: kleur in huis aanbrengen. Zeker als je nu vooral voor veilige wit-, beige- en grijstinten bent gegaan. Maar geloof me: het hoeft niet eng te zijn. Je kunt kleur toevoegen op een manier die altijd weer aan te passen is. Een muurtje overschilderen is zo gepiept. En accessoires? Die verplaats je gewoon naar een andere kamer als je ze zat bent.

Zelf ben ik dol op kleur in huis. Ons vorige huis barstte van de felle kleuren als okergeel en lichtblauw. Tegenwoordig barst ons huis vooral van de pasteltinten: van een roze trappenhuis tot een paarse zolder. Kleur geeft ons huis vrolijkheid en een thuisgevoel. Plus: ik heb nog nooit spijt gehad van kleuren die ik in huis heb gehaald. Oké, op die ene blauwe bank na, waar ik al na twee jaar klaar mee was. Maar hé, ook daar heb ik van geleerd 😉

Benieuwd hoe jij kleur in huis kunt aanbrengen (zónder die blauwe bank)? Hier komen mijn 11 tips!

1. Kies een kleurenpalet per kamer

Voordat je enthousiast de eerste felroze vaas of gele plaid in je winkelmandje gooit: denk even na over een kleurenpalet. Als je vooraf per kamer 3-4 kleuren kiest, dan weet je zeker dat alles bij elkaar past. Ook voorkom je zo impulsaankopen die later niet matchen met de rest van je interieur.

In onze woonkamer is pastelgeel de hoofdkleur. Roze is de secundaire kleur (zie bijvoorbeeld onze keuken en eetkamerstoelen) en de accenten zijn bij ons knalkleuren als okergeel en oranje.

Houd je het liever iets rustiger in huis? Ga dan voor ton-sur-ton. In mijn werkkamer koos ik voor allerlei tinten roze: van pastel tot fuchsia. Doordat alles binnen dezelfde kleurfamilie blijft, oogt het rustig, maar toch kleurrijk.

2. Geef je muren (en plafonds?) een kleurtje

Als er een manier is om snel en eenvoudig kleur in huis te brengen, dan is het wel met muurverf. Kies eens niet voor RAL9010 of beige, maar voor een meer opvallende kleur. En goed nieuws: dat is ook meteen een van de makkelijkste dingen om terug te draaien als de kleur na een tijdje niet meer zo goed bevalt.

Mijn tip: verf álle muren in een ruimte. Eén knalgele muur omringd door 3 spierwitte muren komt vaak erg heftig over. Dus waarom niet alle muren meenemen bij je verfbeurt? Combineer knalgeel bijvoorbeeld met zachte geeltinten op de andere muren. Dan wordt het meer één geheel. Of combineer een donkerdere muurkleur met een lichtere tint van die kleur. Zo wordt het kleurrijk, maar blijft het wel in balans.

Wil je helemaal all the way gaan? Neem dan ook je plafonds mee bij het verven. Schilder bijvoorbeeld alles in één tint. Dan wordt het nóg mooier. Als je een donkere tint zoals donkerblauw of paars kiest, kunnen witte plafonds namelijk ook best heftig zijn.

3. Kies voor neutrale meubels en kleurrijke accessoires

Als ik iets heb geleerd van mijn vorige appartement, dan is het wel dat meubels in knalkleuren niet altijd een strak plan zijn. Wij hadden een knalblauwe bank en daar baalde ik al na 2 jaar een beetje van. Niet omdat de bank niet mooi meer was, maar omdat zo’n knalkleurig meubel niet zo goed te combineren valt met andere kleurenpaletten.

Sindsdien is mijn advies: houd grote meubels neutraal of pastel. Kleuren als wit, grijs en houttinten passen bij allerlei kleuren op de muur. Wil je tóch een gekleurd meubel? Kies dan een kleur waarvan je zeker weet dat je die over 5 jaar nog steeds mooi vindt. Voor mij is dat roze: als roze-liefhebber durfde ik prima mijn hele thuiskantoor vol roze meubels te zetten. Dat verveelt nooit!

Voeg daarnaast de kleur toe in de vorm van kleine meubels of accessoires. Denk aan een poefje, kussens, vazen, kaarsen, bloempotten… Zo kun je wél kleur in huis halen, maar dan zonder dat je bij een veranderende smaak meteen alles moet vervangen.

4. Breng kleur in je tuin of op je balkon

Vergeet je buitenruimte niet! Vanuit huis kijk je vaak uit op je tuin of balkon. Zonde als dat uitzicht alleen maar bestaat uit grijze tegels, terwijl je net je hele huis vol met kleur hebt gezet! Onze tuin is nu nog één grote grijze bedoening, maar krijgt dit najaar een vrolijke make-over. Dan trekken we de kleur ook mooi door in onze buitenruimte.

Kleur in de tuin aanbrengen is een makkie. Dat kun je doen met kleurrijke tuinkussens en felgekleurde potten. Maar bloemen en planten zorgen natuurlijk van zichzelf ook al voor veel kleur buitenshuis. En voor de echte durfals: ga voor een gekleurde schutting in bijvoorbeeld mintgroen, blauw of lichtgrijs!

Tip: met één keer planten neerzetten ben je er uiteraard nog niet (was het maar zo simpel!). Planten en grasveldjes hebben het liefst een baasje dat hen goed verzorgt. Dus sla goede tuinaarde, potgrond en plantenvoeding in. Zet ook een timer om te zorgen dat je plantjes nooit zonder water zitten. En je gazon? Dat groeit het beste als je je gazon bemesten niet vergeet. Van organische mest wordt het milieu het meest blij. En je gazonnetje vast ook. Je kunt onder andere koemest kopen bij De Vakhandel om te zorgen dat jouw gras er volgend jaar nog net zo groen bij staat als nu.

5. Koop meubels die je kunt overschilderen

Als je toch meubels in een kleurtje wilt, dan zijn vintage houten meubels perfect. Waarom? Omdat je ze steeds opnieuw kunt verven in een ander kleurtje. Zo passen ze altijd in je huis, zelfs als je voor een totaal ander kleurenpalet gaat.

Mijn favoriete voorbeeld: het tv-kastje dat ik jaren geleden in een knalgeel kleurtje kocht. Inmiddels is dit kastje lila en heeft het nieuwe greepjes. Het kost je alleen een schuurbeurt en 2 lagen verf om een compleet ander meubel te hebben, zonder dat je iets nieuws hoeft te kopen. Ook meteen duurzaam!

6. Zoek het in de kleine dingen

Je hoeft niet groots te denken om kleur in huis te brengen. Ook kleine accessoires kunnen al een kleurrijk verschil maken. Zo heb ik op mijn kantoor een roze muismat en een roze muis in dezelfde kleur als mijn muren. En op onze badkamer – die verder vrij saai wit is omdat we nog geen badkamerverbouwbudget hebben – hebben we een vleugje kleur aangebracht door terra cotta handdoeken te kopen en een roze pedaalemmer neer te zetten. Het zijn de kleine dingen, maar die zorgen toch al voor extra fleurigheid.

Leuke accessoires die je in vrolijke kleuren kunt scoren, zijn bijvoorbeeld:

• Bloempotten
• Vaasjes
• Praktische dingen als een stekkerdoos (heel blij met de mijne in het roze!)
• Een kandelaar of kaars
• Kratjes voor in een open kast
• Notitieboekjes
• Opbergdoosjes
• Een vloerkleed
• Een koffiemok

7. Stal je boeken uit

Boeken zijn niet alleen leuk vermaak. Ze zijn ook ideaal om een vakkenkast in te richten. Sorteer ze bijvoorbeeld op kleur in je boekenkast of zet je meest kleurrijke boeken in het zicht. Zo ontstaat een vrolijk kleurenpalet, zonder dat je er iets extra’s voor hoeft te kopen.

Wij hebben boeken op kleur gesorteerd in een open kast staan. Dat staat vrolijk en het zorgt er ook nog eens voor dat ik de boeken er sneller bij pak om opnieuw door te lezen.

Foto gemaakt door Esther Scherpenzeel.

8. Wissel kleur af met neutrale tinten

Een huis vol kleur is leuk, maar balans is belangrijk. Zelf combineer ik kleuren altijd met rustige elementen. Zo hebben wij een vrij standaard houten eettafel. Maar dan wel gecombineerd met 6 gekleurde stoelen, waaronder 2 in vrolijk geel en 2 in mooi roze! Nog een voorbeeld: onze roze keuken. Als ik vertel dat we een roze keuken hebben, schrikken mensen vaak. Maar in de praktijk valt het alles mee qua knalkleuren. We hebben roze tegeltjes op de muur, maar die hebben we gecombineerd met een grijs aanrechtblad en grijze kastjes.

Dus: mix en match! Laat kleur de blikvanger zijn, maar zorg dat je ook rustigere plekjes qua kleuren in huis hebt.

9. Zet planten en bloemen neer

Bloemen en planten zijn een ideale manier om kleur aan je huis toe te voegen. Wij hebben in elke kamer wel planten staan en dat beetje groen vrolijkt de boel direct op. Nog een pluspunt: planten zorgen voor extra zuurstof in een ruimte.

Daarnaast is een bos bloemen in een vaas altijd een mooi idee. Mijn tip? Koop ook eens een boeket met kunstbloemen! Dat is misschien even een investering, maar dat scheelt je wel elke week een duur bosje bloemen scoren. Wij hebben meerdere boeketten kunstbloemen staan en vanuit de verte zijn ze niet van echt te onderscheiden. Mijn favoriet? De bloesems van het merk Rhodé die op ons aanrecht staan te pronken!

10. Hang kleurrijke kunst aan de muur

Kunst staat ook (vaak) voor kleur. Dus ga voor kleur in huis op zoek naar werken die passen bij je interieur – of laat iets speciaals maken dat aansluit op jouw kleurenpalet.

Wil je iets echt speciaals? Laat dan een kunstwerk speciaal voor jou maken (of zet je eigen creativiteit in om iets te fabriceren). Wij hebben bijvoorbeeld een mooi schilderij hangen van Studio Aya Aya. Dat is speciaal voor ons gemaakt en heeft ook een bijzondere betekenis voor ons.

11. Durf voor kleur in huis te kiezen

Maak het niet groter dan het is. Ja, het kan spannend zijn om je witte muur te verven of om een bank in een niet zo standaard kleur in huis te halen. Maar wat is het ergste wat er kan gebeuren? Je verft een muur opnieuw. Je verkoopt een kast. Je verplaatst een accessoire. Niets is definitief.

Zelf heb ik ook weleens misgegrepen. Een gifgroene muur bleek toch iets minder fantastisch dan gedacht. Maar met een middagje overschilderen was dat al opgelost.

Dus: wil jij kleur in huis? Wacht dan niet totdat je er “klaar voor bent”. Er is altijd een weg terug als het je niet bevalt. Maar grote kans dat je juist heel vrolijk wordt van het kleurrijke resultaat!

Heb jij veel kleur in huis?