Ons brein is een patroonliefhebber. Over alles wat je in een patroon of gewoonte giet, hoef je minder na te denken. Superhandig dus! Althans, totdat je ontdekt dat een bepaald patroon niet meer werkt voor jou… Je doet dingen zo omdat je ze altijd al zo doet. Maar eigenlijk wil je het anders. Of moet het anders. Misschien wil je vaker ‘nee’ zeggen, je stresslevel naar beneden bijstellen, beter slapen of je vrienden vaker zien. Alleen waar begin je als je gewend bent het tegenovergestelde te doen? Dit zijn 8 haalbare tips om je patronen te doorbreken zonder dat je cold turkey ‘Ik vertrek’-achtige je-leven-omgooi-taferelen hoeft uit te halen.
Waarom is patronen doorbreken soms zo lastig?
Je hersenen gaan heel goed op patronen. Over dingen die je vaak herhaalt, hoeft je brein minder na te denken. Kijk maar naar autorijden in je eigen auto. Na een tijdje snap je je eigen auto door en door, en hoef je er niet meer over na te denken hoe je naar de vijfde versnelling schakelt of hoe hard je de koppeling moet intrappen. Alleen als je in een vreemde auto zit, voelt het alsof je alles opnieuw moet leren. Je doorbreekt een patroon, en het duurt een tijdje voordat je gewend bent aan dit nieuwe patroon (lees: deze auto met zijn eigen gebruiksaanwijzing). Het is dan verleidelijk om terug te gaan naar wat je al kent; dat is makkelijker en minder tijdrovend. Je hoeft er bovendien niet over na te denken.
Volhouden en toch meters maken om je oude patroon (a.k.a. de oude auto in dit geval) overboord te gooien, kost tijd en moed. Maar je kunt het met een beetje oefening en veel herhaling van die oefening echt.
Zo werkt het met veel patronen. Als je gewend bent om ’s avonds na het werk nog achter je laptop te kruipen, dan heb je er moed voor nodig om diezelfde laptop voortaan eerder dicht te klappen. Het voelt in het begin waarschijnlijk onwennig. Onmogelijk misschien zelfs. Hetzelfde gold bij mij voor vegan eten. Ik was dol op mijn bakje kwark in de ochtend, maar ik wilde ook vegan eten. De eerste ochtenden aan de soja-kwark waren op z’n zachtst gezegd wennen. Het kostte me zeker 3 weken voordat ik de smaak van sojakwark wél kon waarderen. Nog eens 3 maanden later vond ik echte kwark niet eens meer lekker ruiken en was soja-kwark mijn nieuwe normaal geworden.
Dat is ook meteen het goede nieuws: hoe lastig het ook voelt om patronen om te gooien, het gaat je (met veel oefening) heus lukken. Het kost alleen tijd, energie en veel volhouden. Maar dat is oké. You got this!

1. Bepaal wáárom je een patroon wilt omgooien
Er is waarschijnlijk een reden waarom je patronen nog niet eerder hebt omgegooid. Dat zit ‘m echt niet altijd in een gebrek aan discipline. Misschien vind je het gewoon doodeng om je vertrouwde patronen uit het raam te gooien en dingen anders te doen dan hoe je ze jarenlang gewend was. Of misschien zie je nu al op tegen de onrust en het ongemak dat een nieuw patroon met zich meebrengt. Maar laten we die bezwaren heel even in de vangrail parkeren.
Een goede stap voordat je patronen gaat doorbreken, is bepalen wáárom je dit precies wilt. Met een mooie motivatie voor ogen ben je beter gewapend tegen tegenzin, excuses, praktische bezwaren, angst en meer van dat. Ook op de lastige momenten sleurt je “Dáárom doe ik het!”-reden je erdoorheen als een reminder waarom je deze “ellende” ook alweer allemaal doorstaat.
Als ik mezelf op maandagavond naar personal training sleep terwijl de spierpijn van de vorige les nog steeds voelbaar is, dan spreek ik mezelf toe dat ik dit doe om uiteindelijk sterker en fitter te worden. Ook als je iets doet wat je doodeng vindt, helpt zo’n motivatie. Ja, je trekt met enorm veel tegenzin én trillende benen je mond open in een lastig gesprek. Maar dat doe je omdat je je had voorgenomen om vaker voor jezelf op te komen.
Bedenk vooral wat een doel je oplevert op de lange termijn. Waarom wil je meer tijd doorbrengen met vrienden? Waarom wil je vaker sporten? Waarom wil je meer ‘nee’ zeggen? Kijk niet naar wat het je kost om daar te komen, maar naar wat het je brengt als je er – ondanks alles – voor gaat. Dat motiveert om stappen te blijven zetten, zelfs als de moed je soms in de schoenen zakt of als je oude patroon lonkt.
2. Sta jezelf toe dat het spannend mag zijn
Wat mij helpt om compleet vastgeroeste patronen wél te doorbreken, is mezelf toestaan dat ik er veel spanning bij mág voelen. Je kunt niet verwachten dat je fluitend je vertrouwde gewoontes omgooit. En dat hoeft ook niet. Ook mét al die spanning lukt het om patronen te doorbreken. Je mag onwijs bang zijn, soms met je handen in het haar zitten of het zelfs uitschreeuwen van de spanning. Alles is oké. Ook mét die angst kun je nog heel veel bereiken.
De angst hoeft niet weg. En je hoeft niet te wachten met veranderen totdat deze aanpassing minder spannend voelt. Doe het gewoon nu. Met spanning en al.
Deze gedachte hielp mij enorm toen ik jaren geleden herstelde van anorexia. Ik had een enorme sportobsessie en fietste minimaal 2 uur op een dag rondjes door mijn buurt. Toen ik opdracht kreeg om nog maar maximaal 15 minuten op een dag te fietsen, voelde dat in eerste instantie onmogelijk. Ik voelde een enorme onrust in mijn lijf en dacht dat ik dit nooit kon. Na een tijdje leerde de psycholoog me dat het oké is dat je die onrust voelt. Onrust en angst zijn een logische reactie als je verandert wat al lange tijd vertrouwd voelt. Als je moeiteloos je slechte gewoontes overboord had kunnen gooien, had je dat immers vast al eerder gedaan.
Ik accepteerde dat ik waarschijnlijk een tijdje een onrustige versie van mezelf zou zijn en soms de neiging zou voelen om wél mijn fiets uit de schuur te pakken. Maar door dat inderdaad niet te doen en de spanning uit te zitten, gebeurde er iets magisch: ik ontdekte dat patronen doorbreken misschien wel gepaard gaat met angst, maar dat die angst ook steeds minder wordt naarmate je je patroon langer hebt doorbroken.

3. Bedenk een stap die zo haalbaar is dat je hem wel móet zetten
Een patroon doorbreken klinkt meteen vrij heftig. Alsof je aan ‘Ik vertrek’-achtige programma’s meedoet en een wervelwind door je leven laat gaan. Gelukkig kun je patronen doorbreken ook ietsje subtieler aanpakken. Stap voor stap werkt vaak juist beter dan je leven in één keer in de centrifuge gooien en verwachten dat alles anders wordt. Voor mij werkt het goed om doelen op te breken in stappen en om dan één stap uit te kiezen die zo makkelijk en haalbaar is dat ik hem zelfs vandaag nog kan zetten.
Stel je voor: je wilt het patroon doorbreken dat je elke dag nog na het avondeten aan het werk bent. Daar cold turkey mee stoppen is waarschijnlijk lastig als je agenda de komende dagen nog zó vol zit dat je wel een paar uur nachtwerk móet doen. Een eerste stap kan zijn dat je een gesprek met je manager plant om samen je workload door te nemen. Of je kunt een collega mailen dat je de deadline voor een bepaald project wilt opschuiven. Of je kunt – als in jouw baan overwerken echt de enige optie is – vandaag alvast een blik werpen op de vacatures en de meldingen op Indeed aanzetten.
Zo kun je voor veel grote patroondoorbrekingen allerlei kleine stapjes bedenken die waarschijnlijk wél heel behapbaar voelen. Nog een paar voorbeelden:
- Je wilt meer sporten. –> Je kunt beginnen met vandaag een work-out van 15 minuten doen en voor de komende 3 weken 2x in de week zo’n zelfde work-out in je agenda zetten.
- Je wilt meer tijd met vrienden doorbrengen. –> Je kunt direct voor de komende maand 2 weekendmiddagen of -avonden blokken die je aan vrienden wilt besteden en alvast een paar vrienden een appje sturen om iets af te spreken.
- Je wilt gezonder eten. –> Je bedenkt vandaag een weekmenu voor komende week met alleen maar gezonde avondgerechten. Of je besluit om deze week maximaal 1 ongezond item in huis te halen.
- Je wilt beter worden in ‘nee’ zeggen. –> Je bedenkt één klein verzoek waarop je alvast ‘nee’ kunt zeggen. Denk aan een opdringerige deurverkoper van wie je eigenlijk het verkooppraatje niet eens wilt aanhoren of een collega die vraagt of je mee gaat wandelen in de lunch (terwijl je vandaag liever in je eentje een boterham eet).
- Je wilt langer slapen. –> Je spreekt met jezelf af om de komende week je telefoon buiten de slaapkamer te laten, waardoor je niet meer in de verleiding komt om ’s avonds in bed door social media te scrollen.
4. Verander niet alles tegelijk
Het is natuurlijk fantastisch mooi als je – ambitieus als je bent – tegelijkertijd vaker ‘nee’ wilt zeggen, je presentatieskills wilt verbeteren, meer wilt gaan sporten en daarbovenop ook nog meer tijd wilt besteden aan vriendschappen. Maar eerlijk is eerlijk: waarschijnlijk krijg je stress van die waslijst alleen al. Bovendien kun je niet tegelijkertijd én meer tijd steken in sport én meer tijd besteden aan vriendschappen én een presentatietraining volgen. Daarvoor moet je ook ergens tijd van afsnoepen. En zelfs met de beste nee-zeg-skills sprokkel je niet zo makkelijk 15 extra uren in een week bij elkaar. Plus: je brein houdt al niet van verandering. Laat staan van heel veel veranderingen tegelijk.
Kies liever één patroon uit dat je als eerste wilt doorbreken. Wat zit je het meeste dwars? Of waar wil je het liefst in groeien? Start daarmee. Dan kun je met de andere dingen later alsnog aan de slag. Het is juist makkelijker om patronen te doorbreken als je focus aanbrengt en al je aandacht naar dat ene patroon laat gaan.
5. Vergeef jezelf kleine misstapjes
Patronen doorbreken gaat niet altijd in één keer vlekkeloos. Misschien val je soms terug in je oude patronen of voelt het na een vermoeiende dag toch makkelijker om te doen wat je altijd deed. Dus zeg je een keer geen ‘Nee’ terwijl je dat wel had willen doen, belandt er toch een afhaalpizza op je bord of lig je weer tot veel te laat in bed filmpjes te kijken met als gevolg dat je morgenochtend brak wakker wordt. Maar hé, so be it. Het is wat het is.
Groei zit ‘m niet in nooit fouten maken. Groei zit ‘m in hoe je met die fouten omgaat. Kun je jezelf na deze misstap herpakken en het de volgende keer weer anders doen? Dan bewijs je daarmee juist dat je dit patroon echt kunt doorbreken, zelfs als het soms een dag wat minder gaat.

6. Bedenk een extra stok achter de deur (eventueel een menselijke!)
Als ik iets vrij radicaal wil omgooien, dan voelt het toch een beetje eenzaam om dat in mijn uppie voor elkaar te krijgen. Daarom ga ik graag op zoek naar een stok achter de deur. Meestal een menselijke. Zo iemand noem ik zelf – in leuke coachtermen – een accountability partner. Dat is iemand aan wie jij vertelt over jouw stappen en met wie je afspraken maakt over wanneer je welke stap gaat zetten. Je spreekt bijvoorbeeld af dat je over 2 weken dat ene lastige gesprek met je baas hebt gevoerd. Diegene (een vriend, familielid, je partner of wellicht een coach of therapeut) vraagt je na die 2 weken weer hoe het gesprek is gegaan. Daardoor kom je minder snel in de verleiding om je spannende stappen alsnog te laten schieten.
Als je iemand in je omgeving mist die je hierbij kan helpen, dan kun je ook een coach inschakelen. Zo heb ik voor patroondoorbraken in mijn werk weleens een businesscoach ingeschakeld. Een paar jaar geleden werkte ik aan een aantal opdrachten waarvoor ik mijn tarieven nooit had verhoogd. Het voelde niet goed om nog steeds voor de helft van mijn nieuwe tarief te werken, maar tegelijkertijd durfde ik het gesprek er niet over aan te gaan. De businesscoach was toen een goede stok achter de deur om hier wel over te communiceren. Dat werkte enorm goed om niet door de spanning toch te denken: “Ah joh, ik laat het wel zo. Geen zin in moeilijke e-mails!”.
Een andere mogelijkheid is dat je een stok achter de deur creëert in de vorm van een journal. Houd bijvoorbeeld in een mooie bullet journal bij hoe vaak je hebt gesport en maak voor elke week 2 hokjes aan. Het valt dan meteen op als je een keer niet bent gegaan, wat weer extra motiveert om geen sportsessie over te slaan.
7. Bedenk een nieuwe positieve gewoonte
Dingen afleren is veel lastiger dan iets nieuws aanleren. Daarom werkt het vaak goed om niet alleen afscheid te nemen van een patroon, maar er ook iets nieuws voor in de plaats te zetten. Dat zie je bijvoorbeeld weleens bij ex-rokers, die hun rookmomenten vervangen door zoiets als kauwgom kauwen of een wandeling maken. Het valt op en voelt lastig als je opeens al die sigaretmomenten moet missen. Het wordt minder lastig als je in plaats daarvan iets nieuws oppakt.
Bedenk daarom niet alleen waar je mee wilt stoppen of wat je niet meer wilt, maar bepaal ook wat je in plaats daarvan wilt doen. Probeer je doel dan ook positief te verwoorden. Dus niet “Ik wil nooit meer ’s avonds na het eten doorwerken”, maar liever “Ik wil voortaan uiterlijk om 18.00 uur stoppen met werken”. En in plaats van alleen te stoppen met tussendoortjes eten, kun je wellicht beter je ongezonde tussendoortje vervangen door op elk snackmoment een appel, een handje nootjes of iets anders gezonds te eten. Dan mist je knorrende maag niet iets eetbaars, maar leer je jezelf wel het ongezondere eten af.
8. Geef jezelf de tijd: patronen doorbreken doe je niet overnight
Nog een laatste tip om patronen te doorbreken: verwacht niet van jezelf dat je over 1 maand een compleet ander mens bent. Ook al maken Instagram-coaches je regelmatig wijs dat je in 6 weken ál je patronen gegarandeerd overboord kunt gooien, een echte doorbraak bereik je meestal niet met een quick fix. Daar gaat meer tijd overheen, het kost vele kleine stapjes en het vraagt ook om omgaan met tegenslagen als het een keer niet lekker gaat. Dat is allemaal oké.
Sta het jezelf toe om er langer over te doen dan je misschien in eerste instantie van plan was. De kans dat een nieuw patroon werkelijk blijft plakken, is júist groter als je het stap voor stap aanpakt en er daardoor steeds meer aan kunt wennen. Vergeet ook niet regelmatig trots te zijn op waar je al staat. Ook al voelt het misschien niet snel genoeg en baal je soms van jezelf, je doet je best. En daarmee kom je al een heel eind.
Welk patroon heb jij doorbreken (en ben je misschien wel heel trots op)?
De links naar bol.com zijn affiliate links.

BLIJF OP DE HOOGTE
Ik ben benieuwd wat jij vindt…
Recente blogs
3 favoriete vegetarische recepten van de afgelopen tijd
Zoals ik eerder al op mijn blog verklapte, ben ik geen culinair wonder. Ik ben niet zo iemand die op gevoel wat dingen bij elkaar gooit die vervolgens verrukkelijk bij elkaar blijken te smaken. Gelukkig vind ik het wel leuk om te leren, waardoor ik alsnog langzaamaan culinaire stapjes vooruit zet. De afgelopen tijd maakte ik een paar vegetarische recepten voor 1 persoon die verrassend goed uitpakten. Daarom besloot ik ze te delen in dit artikel met snelle vegetarische recepten voor 1 persoon. Want als ik ze kan maken, kun jij dat ook!
Koken met Romy | 5 vegetarische maaltijden die ik maakte
Een kookgenie ben ik niet, maar interessant vind ik koken wel. Zolang ik niet úren in de keuken hoef te staan, doe ik graag mijn best om iets lekkers op tafel te zetten. Ik heb een aantal favoriete recepten en handige altijd-in-huis-ingrediënten ontdekt, waardoor koken soms zowaar een feestje wordt. Zelfs na een werkdag. Omdat ik zelf graag nieuwsgierig rondneus in de eetdagboekjes van anderen, leek het me leuk om 5 goed gelukte (vond ik zelf) avondmaaltijden in het zonnetje te zetten. Of nou ja, in het zonnetje? In de felle kunstlampen die boven de eettafel hangen.
Column | Systeemupdates en andere nieuwigheden, wie verzint het?
"Er staan 5 nieuwe updates voor u klaar." Waar een ander misschien heel enthousiast wordt van een kersverse lading technologische verbeteringen, krijg ik er acuut de kriebels van. En dan dus niet alleen omdat die updatemelding altijd op precies het verkeerde moment komt, maar ook omdat ik het gewoon - ehm - niet zo op heb met updates. Waarom vernieuwen wat eigenlijk al goed is? Ik wilde het eens hebben over het leed dat updates heet als je - zoals ik - niet bepaald een technologiejunkie bent.
Ik drink geen koffie meer met suiker en melk 😀
Al heel lang niet, hoor. Maar dat is wel iets waar ik heel blij mee ben. Want koffie is gewoon veel lekkerder zonder suiker en melk. Dat weet ik echt zeker: ik drink nu meer koffie dan toen ik het nog (met tegenzin) dronk met suiker en melk. Goeie thee heeft trouwens ook geen zoetigheid nodig. Maar ik geloof dat het inderdaad 2 of 3 weken duurde voor ik het echt doorhad. (Eigenlijk merkte ik het al op dag 2. De eerste dag was echt wennen. De tweede dag voelde ik me al niet echt meer misselijk van koffie.)
En sporten. Dat duurde ook een week of 2 -3. En na 2 weken merkte ik al dat mijn conditie beter was. Na 4 weken zat mijn kleding ruimer. Na 6 maanden had ik een hele maat verloren. En voelde ik me supersterk.
Nu kan ik (boven de 50, he) op één been staan terwijl ik mijn sokken aantrek. Ik kan op de grond zitten en simpelweg opstaan, zonder me ergens aan vast te houden. Ik heb geen rugpijn meer. Ik kies nu zonder te denken vaak de trap – ook als er een roltrap is. Ja. Dat patroon doorbreken (denken dat sporten niks voor mij was en dat ik me toch wel prima voelde), dat was wel mijn grootste verandering waar ik jaren plezier van ga hebben.